‘Dat er weinig meisjes voor ICT kiezen, is een vicieuze cirkel’

Nieske Vergunst (24) koos voor een studie Cognitieve Kunstmatige Intelligentie en daarmee voor de mannenwereld die ICT heet. Ze vindt het jammer dat er in Nederland maar zo weinig meisjes voor dit interessante vakgebied kiezen. ‘In andere Europese landen werken er veel meer vrouwen in de ICT. Het kan dus wel!’

“Dat er zo weinig meisjes voor een informaticastudie kiezen, is een soort vicieuze cirkel. Want het feit dat er nu bijna alleen maar jongens informatica studeren, maakt het voor veel meisjes minder aantrekkelijk en minder vanzelfsprekend om die richting te kiezen. Daarnaast spelen beeldvorming en vooroordelen een grote rol. Bij informatica denken veel mensen aan nerds, codes en programmeren, terwijl informatica een ontzettend veelzijdig en leuk vak is, waar vrouwen net zo goed in kunnen zijn als mannen. In Nederland werken er gemiddeld veel minder vrouwen in de ICT dan in andere Europese landen het geval is. Het lijkt er dus op dat verbetering mogelijk is. Ik vind niet dat je meisjes moet pushen in de richting van een informaticastudie, maar ik wil wel een bijdrage leveren aan het doorbreken van die vicieuze cirkel. Het is natuurlijk prima als meisjes voor een studie psychologie of medicijnen kiezen, maar ik vraag me af of ze de mogelijkheid van een studie informatica überhaupt wel meenemen in hun overweging. Daarom sta ik af en toe op voorlichtingsdagen en heb ik me ingeschreven bij ICT-ster.”

Wat is ICT-ster?

“ICT-ster is project waarin expertisecentra, beroepsverenigingen, onderwijs en bedrijfsleven zich gezamenlijk inzetten om meisjes en vrouwen enthousiast te maken voor een toekomst in de ICT. Er wordt veel gedaan aan voorlichting op scholen. Zo organiseerde ICT-ster speeddates tussen vrouwelijke ICT-professionals en meisjes op de middelbare school. Die mochten in tien minuten tijd alles vragen wat ze maar wilden weten. Ook wordt met voorlichting aandacht besteed aan het feit dat je met alle profielen ICT kunt gaan studeren. Zelf heb ik me ingeschreven in de database Spiegelbeeld, die ook een onderdeel van ICT-ster vormt. Hierin profileren vrouwelijke ICT-professionals zich. We maken onszelf zichtbaar en vervullen een soort rolmodel.”

Hoe ben je zelf tot de keuze gekomen om informatica te gaan studeren?

“Ik ben iemand die heel veel leuk vindt. Daar is natuurlijk niets mis mee, maar welke studie kies je als zowel filosofie als informatica en taalkunde je aanspreken? Tijdens een voorlichtingsdag kwam ik erachter dat de studie Cognitieve Kunstmatige Intelligentie (CKI) deze interesses alledrie omvat. Je zou het kunnen vergelijken met het drielandenpunt, waar zich binnen een heel kleine straal drie landen bevinden. CKI richt zich op het grensgebied waar de verschillende aandachtsgebieden elkaar raken. Dat betekent bijvoorbeeld dat niet alle filosofie wordt behandeld, maar alleen de delen van de filosofie die raakvlakken hebben met ICT en taalkunde. Naast filosofie, informatica en taalkunde zijn ook logica en psychologie vakgebieden binnen CKI.”

Hoe reageerde je omgeving op jouw keuze voor de studie Cognitieve Kunstmatige Intelligentie?

“Cognitieve Kunstmatige Intelligentie is natuurlijk een hele mond vol en niet iedereen weet meteen wat daarmee bedoeld wordt. Dat moet je dus even uitleggen. De meeste mensen vonden het leuk en bij mij passen. Mijn vader vond het altijd wel interessant dat ik vaak met bètadingen bezig was. Maar in CKI worden de bèta- en de alpharichting eigenlijk gecombineerd. Je bent deels met de techniek van het ICT-vak bezig en met programmeren, maar ook met heel veel andere dingen. In het eerste jaar hebben we bijvoorbeeld zelf een minivertaalprogramma gemaakt. Naast het programmeren ben je dan ook bezig met taal.”

Wat doe je op dit moment voor werk?

“Ik doe promotieonderzoek aan de Universiteit Utrecht. Mijn afstudeerscriptie ging over linguistische relativiteit. Dat wil zeggen dat het denken van mens deels wordt bepaald door de taal waarin hij denkt. Mijn promotieonderzoek borduurt daar op voort. Daarin gaat het om de linguistische relativiteit tussen de mens en de computer. De computer ‘spreekt’ een andere taal dan de mens. Zal de de mens daardoor nooit voor honderd procent met een computer kunnen communiceren? Dat is de vraag waar mijn onderzoek om draait. Bij een baan in de ICT denken mensen vaak direct aan de consultancy en lange werkdagen. Ik vind het heel relaxed om te promoveren. Ik heb veel vrije dagen en gelegenheid om thuis te werken. Ook reis ik geregeld naar conferenties, zo ga ik dit najaar naar Amerika. Na mijn promotie wil ik zeker geen baan van meer dan veertig uur per week. Daarvoor vind ik veel te veel dingen leuk en die hebben zeker niet allemaal met computers te maken.”

Je hebt ondanks het feit dat de ICT een mannenwereld is geen spijt van je keuze?

“Absoluut niet. Het vakgebied blijft boeien en ik voel me goed in het team waarin ik werk. ICT-ster organiseerde enige tijd geleden ook een bijeenkomst waar vrouwelijke ICT-professionals elkaar konden ontmoeten en ervaringen konden delen. Daar heb ik zelf geen behoefte aan. Ik vind het wel goed dat dergelijke bijeenkomsten worden georganiseerd. Maar in mijn geval is ICT-ster meer geven dan nemen. Als ik echt de enige vrouw op een afdeling zou zijn, was dat misschien wel anders. Naast mij promoveren er in deze vakgroep nog twee vrouwen. Dat is dus drie vrouwen tegenover tien mannen.”

Op welke manier kunnen docenten en ouders meisjes enthousiasmeren voor een studie informatica?

“Zelf ben ik echt opgevoed met computers. Mijn ouders haalden er al heel snel één in huis. Er stond ook een programma op waarmee je zelf kon programmeren. Dan ontdek je dat je met een paar regels al een eigen programmaatje kunt maken en je leert hoe een computer eigenlijk werkt. Het lijkt mij goed dat ouders dit in de opvoeding meegeven, ook aan meisjes. Verder is het positief dat ze op lagere en middelbare scholen al veel meer bezig zijn met computers dan toen ik erop zat. Het zou goed zijn als scholieren niet alleen met bestaande computerprogramma’s leren omgaan, maar dat ze ook op een leuke manier kennismaken met bijvoorbeeld programmeren. Laat ze bijvoorbeeld op een heel eenvoudige manier een eigen website maken. Ook kunnen ze via ICT-ster vrouwelijke ICT-professionals uitnodigen voor een gastles, een speeddate of een andere vorm van voorlichting. Zo laat je zien dat informatica niet stom, saai, eng of iets voor jongens is.”

Bron: Vives, november 2007